Samen meerwaarde creëren

In het professionaliseringstraject  van Potential leer je de waarde van samen inclusief leren expliciteren in een waardecreatieverhaal (Korenhof e.a., 2011). Dat helpt om uitkomsten te borgen en om wat werkt, door te trekken naar andere leermomenten of trajecten. Als je de opbrengst van een traject in beeld brengt, lijkt de leerwinst op het eerste gezicht soms klein of weinig tastbaar. Dat kan je doen aarzelen of wat jij geleerd en gedaan hebt, je collega’s kan inspireren. van Keulen e.a. (2015) suggereren dat je bij zulke twijfels je directie kan aanspreken om mee na te denken over hoe de opbrengsten van wat je met tijd en moeite leerde, ingebed kunnen worden in de schoolwerking. Zo koppel je jouw professionele ontwikkeling aan de bredere curriculum- en schoolontwikkeling.

Soms krijg je na een uitwisselmoment met je breder schoolteam de vraag van je directie of één van je andere partners om wat je geleerd ook extern te delen: op een studiedag, een vergadering van de scholengemeenschap, een ouderraad, inspectiebezoek, via een online of geschreven communicatiekanaal,... Ook dat is een manier om wat je leerde, te laten uitdeinen in een bredere groep collega’s en/of partners.

Een praktijkvoorbeeld

Volgend voorbeeld illustreert de meerwaarde van het Potential-traject voor een school.

Vijf leerkrachten trachtten vanuit een professionaliseringstraject van Potential hun hele team mee te nemen in een gezamenlijk leerproces om beter om te gaan met de groeiende diversiteit in hun school. Eerst doorliepen ze in hun kernteam zes bijeenkomsten van Potential onder begeleiding van een begeleider competentieontwikkeling van de pedagogische begeleiding. Daarna volgde er een pedagogische studiedag met alle collega’s, waarvoor ze de inspiratie haalden uit de werkvormen en materialen voor de zevende bijeenkomst. De ontwerppresentatie die Potential aanreikte, pasten ze vanuit hun eigen ervaringen en accenten aan. Ze vertelden aan de groep wat hun leerdoelen waren geweest, toonden welke acties ze ondernomen hadden om dat doel te bereiken en gaven aan wat ze uit het traject geleerd hadden. Vervolgens nodigden ze de collega’s uit om in kleine groepjes, elk samen met een kernteamlid, stil te staan bij de eigen competenties als inclusieve leerkracht. Aan de hand van de groeibundel van Potential dachten alle collega’s na over een eigen leerdoel. Waar wilden zij aan werken om verder te kunnen groeien in hun inclusieve competenties? Wilden ze dat alleen doen of samen met anderen? Wie of wat zou hen daarbij kunnen helpen?

Het team bracht ook het schoolnetwerk in kaart: aan wie vragen en geven leerkrachten ondersteuning in functie van een inclusieve klaspraktijk? Welke vorm van ondersteuning is dat dan? In de netwerkfoto’s stelden de directie, de pedagogisch begeleider die het kernteam coachte en een leerkracht uit dat kernteam samen vast dat de collega’s enorm veel informatie en didactisch materiaal uitwisselen en emotionele steun geven aan elkaar. Tegelijk zien de meeste leerkrachten blijkbaar weinig mogelijkheden om van elkaar te leren en daar samen sterker van worden. Tijdens de achtste bijeenkomst geven de leerkrachten van het kernteam aan dat net dat leren van elkaar de grote meerwaarde vormt van het traject: “Met een kernteam zijn we aan Potential begonnen. Het was een fijne ervaring om elkaar eens anders te leren kennen. Dat zouden we ook na Potential nog moeten kunnen doen. Tijd om samen naar oplossingen te zoeken, samen met een coach. Verbindend samenwerken heeft voor mij een nog grotere waarde.  Differentiatie kan je ook in kleine stapjes aanvatten. Zo’n kleine stap kan veel voldoening geven. Daarom hoop ik dat we ook in de toekomst de kracht en de energie vinden om te blijven investeren in verbindend samenwerken”.

Het gelopen traject overtuigde de directie om alle collega’s het schooljaar nadien aan te moedigen om hun leerdoel uit de pedagogische studiedag opnieuw voor ogen te nemen. Hadden ze er al aan gewerkt? Was het doel nog relevant, of wilden ze het bijsturen? Iedereen kon in functie van zijn eigen professionele ontwikkeling bedenken wie of wat hem kon ondersteunen om zijn doel te bereiken. Zo konden leerkrachten bijvoorbeeld een studiedag volgen die aansloot bij wat ze wilden leren. Ze konden hospiteren bij een collega of vragen dat iemand bij hen kwam observeren. Iemand wou een langduriger training in coachingsvaardigheden volgen in de scholengemeenschap. Sommigen lazen een boek dat aanbevolen werd in het online kenniscentrum van Potential en bespraken met elkaar hoe ze de inzichten daaruit konden toepassen. Anderen wilden aan beeldcoaching doen met een kernteamlid, met de richtvragen uit het traject als richtsnoer.

Stilstaan bij diverse mogelijkheden om elkaar te ondersteunen, moedigde de school aan om gericht op zoek te gaan naar nieuwe antwoorden op de groeiende diversiteit in de schoolpopulatie. Het hielp hen om daarbij duidelijke prioriteiten te stellen. Bij hun keuzes verbonden ze bepaalde ideeën ook met andere professionaliseringsinitiatieven, onder meer gericht op de verkenning van het nieuwe leerplan en omgaan met moeilijk hanteerbaar gedrag. Ze bekeken ook welke acties konden aanhaken bij een werkgroep die activititeiten ondernam om de ouderbetrokkenheid te verhogen. Onder het motto ‘less is more’ daagde het traject het team ook uit om te snoeien in een aantal werkgroepen die weinig impact bleken te hebben op het leren van de leerlingen en op het gevoel van onderlinge steun in het team. Nieuwe initiatieven nemen betekende dus ook schrappen en loslaten. Dat maakte het traject haalbaarder en motiveerde de collega’s om het in alle drukte met meer goesting vol te houden.

Aan het einde verwoordde de directeur de meerwaarde van het traject als volgt. Hij richtte zich daarbij tot collega’s die overwegen om er eventueel ook mee te starten.

Beste directeur

Doe mee aan Potential om

gedreven, sterke, vaak zoekende collega’s competenter te maken

de verbreding in je team te verhogen

het nut van kleine stapjes te zien om het verschil te maken

leerkrachten en teamleden met elkaar te laten spreken over die kleine stapjes: wat kunnen we doen, hoe kunnen we het doen en vooral: waarom willen we dit doen?

Doe niet mee aan Potential als je een grote helende goeroe zoekt of een wonderpil.

Groeten,

een collega